Valruimte airtrampolines teruggeschroefd van 3 naar 2 m
Spelen, 10 september 2020
In maart 2020 berichtten we over de beslissing van de AKI om de valruimte om airtrampolines te vergroten van 2 naar 3 meter. De norm, NEN-EN14960-2 geeft een zone van 2 meter als voldoende aan terwijl de AKI dit destijds onvoldoende vonden. Daarop is besloten deze in eerste instantie te vergroten naar 3 meter. Op die beslissing komen de AKI nu terug, en wel hierom.
De maximale grootte van de opvangzone bij speeltoestellen bedraagt volgens EN1176-1 2,5 meter. Deze geldt bij valhoogtes van 3 meter. De maximale zone volgens EN14960-2 bedraagt slechts 2 meter. Minder dus dan bij de "gewone" speeltoestellen. De AKI voorzagen dat kinderen middels het blob-effect van een airtrampoline afgeschoten konden worden en meenden dat de zone van 2 meter te klein zou zijn. daarom is deze tijdelijk op 3 meter gesteld in afwachting van de mening van de Europese normcommissie (CEN). CEN is echter van mening dat de 2 meter terecht vastgesteld is maar heeft helaas geen onderbouwing daarvan gegeven. Omdat er geen bewijzen van ongevallen zijn en het onterecht zou zijn dat Nederland als enig CEN-lid een zone van 3 meter zou hanteren is dit besluit vooralsnog teruggedraaid. Er wordt niet op korte termijn verwacht dat de zone alsnog vergroot zal moeten worden. Mocht dit wel gebeuren zal hierover in deze nieuwsbrief bericht worden. NEN heeft bij CEN nogmaals gevraagd een onderbouwing te geven.